Het ontwerp van Emile Vloors

Emile Vloors omschrijft zijn ontwerp in een brief aan het College van burgemeester en schepenen op 29 maart 1909 als volgt:

'De beeldhouwwerken die mijn ontwerp bevatten bestaan uit eene groep van 3 meters hoog de stemmen verbeeldend en gevormd door drie figuren dragend bloemen en vruchten; het 2m60 hooge zittend Benoitfiguur; vier groepen voorstellend: aarde, water, vuur, lucht; een figuur de 'Jeugd' en een hoogverheven beeldwerk: mijmering verbeeldend; een 2 meters hoog figuur 'Inspiratie' en eene groep van vrouw erkend welke het 'Leven' voorstelt, verder het ornementaal gedeelte der groote middenkom met zeeplanten en spuwende waterdieren en eindelijk decoratieve platen en opschriften.'

Amand de Lattin omschrijft in zijn boek Beroemde medeburgers: het Antwerps patrimonium het ontwerp van Emiel Vloors als volgt:

'Precies gezegd vormde het een geheel van ongeveer 100 meter lang en 16 meter breed. De Benoitfiguur verrees een 2,50 m. hoog. Haar betekenis was de Dromende Dichter starend over het opborrelende water naar zijn inspiratie: een groep van drie vrouwenbeelden plooiend onder een overvloed van bloemen en vruchten en ieder een der drie zielstoestanden voorstellen: vreugde, melancholie en gramschap.
Het middengedeelte omvatte verder nog de groepen: de Aarde, het Vuur en het Water, de elementen zo dikwerf door de meester bezongen. Aanleunend tegen het Benoitbeeld en tegen de groep bracht Vloors nog een figuur aan: de Jeugd, en een verheven beeldwerk: de Droom of de Meditatie.
Aan weerszijden van dit middengedeelte verrezen dan twee groepen: Leven en Betrachting, en voort, links en recht der fonteinen, nimfen, elfen en dieren? De ganse conceptie werd op haar uiteinden afgesloten door rondvormige zitbanken bekroond door twee figuren: het Ritme en het Leven. Reverberen (lantaarns n.v.d.r.) en hofjes volledigden deze stoute schepping, terwijl op een vijftigtal dekoratief opgevatte platen de titels der werken van de Meester waren aangebracht.
De architekturale gedeelten zouden in graniet zijn, de figuren en ornamenten in brons.'

In datzelfde boek zijn de afbeeldingen van twee figuren opgenomen.