Lapper Krispijn

De schoentjes gaan er met paren,
en jammer, de mensen ook.
't Verstand komt niet vóór de jaren.
De liefde? Wat vuur en wat rook!
Ach! wisten 't de vliegende gaaien,
ze werden 't vrij leven niet moe.
Ik zitte mijn schoentje te naaien,
en trekke mijn draadje toe.

Hoe groeid’uit dat lustige Grietje,
die knorrige, dolle katijf?
Een lief als een hemelbietje!
en nu zo een duivelig wijf!
Vandaag al de winden aan 't waaien
en morgen noch ba, noch boe.
Ik zitte mijn schoentje te naaien,
en trekke mijn draadje toe.

Wat heb j’aan die pinten, die pijpen?
Neem liever een druppel, een dop!
Ei, moet-je dat elsen weer slijpen?
Jees Christus, wat eeuwig geklop!
Ik mag me noch roeren noch draaien.
't Is al verkeerd wat ik doe.
Ik zitte mijn schoentje te naaien,
en trekke mijn draadje toe.

Nu zit ze de passie te preken,
bij Anneke van de gebuur.
En, lapper, geen woordje te spreken,
is 't eten te zout of te zuur.
Straks komt ze mij kozen en aaien,
of zoeken naar bezem of roe.
Ik zitte mijn schoentje te naaien,
en trekke mijn draadje toe.

Weet iemand, daar valt mij alweder
dat schoenmakersraadselken in,
't verschil tussen wijven en leder?
Voor mij is het klaar gelijk tin.
De wijven zijn vellen van haaien,
en leder is vel van de koe.
Ik zitte mijn schoentje te naaien,
en trekke mijn draadje toe.


Contact
Algemeen Nederlands Zangverbond
Collegelaan 106
2100 Antwerpen
  • 03 237 93 92
  • info@anz.be
Een samenwerking tussen

Algemeen Nederlands Zangverbond, Studiecentrum voor Vlaamse Muziek en Bibliotheek Koninklijk Conservatorium Antwerpen. Met de steun van de Vlaamse Gemeenschap.